Social Equality & Diversity

Communauté de la Poudrière is een pluralistische, zelfstandige leef- en werkgemeenschap waar de mens een centrale plaats heeft. Elk van de drie vestigingen, in Brussel, Vlaanderen en Wallonië, bestaat uit gezinnen en alleenstaanden, van alle leeftijden, met verschillende sociale achtergronden en geloofsovertuigingen. De gemeenschap formuleert een alternatief voor het individualisme en het kapitalisme en verzet zich tegen de wegwerpmentaliteit. En dat al bijna 60 jaar. Door afval en herbruikbare spullen op de halen, te recycleren en eventueel opnieuw te verkopen, kan ze haar financiële autonomie bewaren. De gemeenschap biedt een warme omgeving en morele en/of materiële steun aan mensen in kwetsbare situaties.

Een oude rot in het vak

In 1958 ontstond op natuurlijke wijze een eerste gemeenschap in een achtergestelde wijk in Brussel. Van bij het prille begin delen de leden hun inkomen, werk, maaltijden en vrije tijd. In 1964 werd La Poudrière een vzw. Een tiental jaren later opende een tweede gemeenschap haar deuren. La Poudrière werd een plaats waar mensen in kwetsbare situaties terecht kunnen en worden opgevangen door mensen met een betere toegang tot meer sociale of financiële middelen. In 2017 heeft zich in elke regio, meer bepaald in Brussel, Rummen en Péruwelz, een gemeenschap gevestigd. De leden genereren een inkomen door ten eerste afval te verzamelen, te sorteren en te recycleren. Ten tweede halen ze herbruikbare meubels, huishoudapparaten, kleding en andere spullen op, om deze te verkopen via de website of in hun winkels.

De geest van Ghandi

La Poudrière is gestoeld op een van Ghandi’s bekende principes: “Live simply so that others may simply live.” Hiervoor zijn eenheid en gelijkheid sleutelelementen. De gemeenschap wil verspilling tegengaan, delen promoten en zo “een alternatief bieden voor een samenleving die de weg kwijt is” vertelt Yves Dosimont. “En onze formule blijkt haalbaar, aangezien we al bijna 60 jaar bestaan”. Op die manier wil de gemeenschap hulp bieden aan mensen in armoede, mensen die moeilijk aansluiting vinden tot gespecialiseerde organisaties, of gewoon mensen die nood hebben aan een break.

Foodsavers Gent, een project van OCMW en Stad Gent, is een distributieplatform voor voedseloverschotten. Het vormt de logistieke schakel tussen het aanbod aan voedseloverschotten en de grote nood aan voedselondersteuning voor financieel kwetsbare mensen. De draaischijf is de Leerwerkplek van het OCMW. Hier werken en leren een tiental mensen die moeilijk aansluiting vinden op de regulieren arbeidsmarkt. Zij halen het voedsel op bij veiling en supermarkten, controleren het en verdelen het onder de Gentse sociale partnerorganisaties. Op hun beurt bieden deze organisaties voedselpakketten en bereide maaltijden aan mensen in armoede. Ten slotte reduceert Foodsavers Gent zo een flinke hoeveelheid CO₂-uitstoot. “Foodsavers brengt milieu, voedselondersteuning en sociale tewerkstelling samen in één relevant, duurzaam project” stelt Wouter Verstraete van OCMW Gent.

Vliegende start  

In 2015 slaan de Dienst Werk, de Dienst Leefmilieu en Klimaat en het OCMW van Stad Gent de handen in elkaar om aan de slag te gaan met de Gentse voedseloverschotten. Uit een studie van Komosie vzw blijkt vooral de nood aan logistieke ondersteuning enorm. Twee jaar later presenteren ze Foodsavers Gent: het eerste grootschalige, professionele logistiek platform voor de recuperatie van voedseloverschotten. Midden 2017 wordt wekelijks al 6 ton aan voedseloverschotten verdeeld over een 30-tal Gentse sociale organisaties die op hun beurt zo’n 2500 mensen per week bereiken. “Het jonge project heeft nog een enorm groeipotentieel” vertelt Wouter Verstraete. “Onze doelstelling om tegen het einde van 2017 100 ton te recupereren, zullen we ruimschoots overtreffen”. Voor de doelgroepmedewerkers betekent het project een totaalopleiding: logistiek, ICT en magazijnier. Bovendien krijgen ze hulp bij het behalen van hun rijbewijs B en/of C.   

Bloeiend netwerk

Het doel is een uitgebreid netwerk dat lokale en onvermijdbare voedseloverschotten een nieuwe bestemming geeft. Omwille van het groot aantal betrokken actoren is een goede samenwerking cruciaal. Het platform haalt de voedseloverschotten op bij veilingen en grootwarenhuizen en bezorgt ze bij voedselbedelingsinitiatieven, sociale kruideniers en sociale restaurants. Om efficiënt te werk te kunnen gaan, is het van belang de vraag en het aanbod maximaal op elkaar af te stemmen. Evalueren en bijsturen zijn constante opgaven. Met zowel schenkers als afnemers wordt uitvoerig overlegd en gereflecteerd. Foodsavers Gent kadert in de bredere voedselstrategie van de stad “Gent en Garde”.

Community Land Trust Brussel (CLTB) beschouwt grond als een gemeenschappelijk goed. Daarom creëert het blijvend betaalbare koopwoningen op gemeenschapsgrond voor en met Brusselse gezinnen met een laag inkomen. Concreet koopt de vzw met subsidies van het Brussels Gewest enkele woningen, CLTB blijft eigenaar van de grond terwijl de bewoners, via erfpacht, eigenaar worden van de woning. Op die manier worden woningen betaalbaar voor mensen met een laag inkomen en dit voor altijd, zonder dat nieuwe subsidies nodig zijn. Zo weet CLTB op participatieve wijze de vicieuze cirkel van armoede te doorbreken.

Angelsaksisch model

CLTB is ontstaan uit een burgerinitiatief dat in 2008 besloot het Angelsaksisch woonconcept Community Land Trust in een Brussels jasje te steken. “Het toen nog in België onbekende model biedt een antwoord het grootstedelijke huisvesting- en armoedeprobleem én gaat op een duurzame manier om met overheidssteun” vertelt Geert De Pauw, coördinator van CLTB. Dankzij een overtuigende haalbaarheidsstudie kende het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in 2012 een subsidie toe voor de aankoop van een eerste gebouw. In 2015 trokken de eerste bewoners in, in de negen nieuwe CLT woningen. Midden 2017 zijn een honderdtal woningen en vier gemeenschapsvoorzieningen onder constructie. Intussen is CLTB een voorbeeld voor andere organisaties in België, maar ook in de rest van Europa.  

Gemeenschapsgevoel

Één van de kerndoelstellingen van CLTB is gemeenschapsgevoel, solidariteit en sociale cohesie bevorderen. De multiculturele bewonersgroepen worden al gevormd voor de eerste steen wordt gelegd zodat iedere bewoner zijn of haar plek heeft. Deze multiculturaliteit vormt zowel een troef als een uitdaging. Bewoners spelen een centrale rol in de ontwikkeling van het project, waardoor ze achteraf het beheer graag op zich nemen. Alle woongroepen hebben, indien de locatie het toelaat, een collectieve tuin en ruimte. Deze gemeenschapsruimte doet dienst als vergaderruimte voor verenigingen of recreatieruimte voor bewoners. 

L’hôtel brugeois ‘t Roodhof est à la fois un hôtel deux étoiles et un projet de réinsertion socio-professionnelle de l’asbl Loca Labora pour une trentaine  de personnes généralement exclues du marché “classique” du travail. L’hôtel leur offre une opportunité d’épanouissement personnel et professionnel et des perspectives d’avenir. Le but ultime de l’Hôtel ‘t Roodhof est l’intégration sociale de ses employés, qui vivent souvent avec une étiquette qui se réfère plutôt à ce qu’ils ne savent faire pas qu’à ce qu’ils peuvent faire. Le restaurant propose des produits locaux et souvent bio.

Etiquette

« Généralement, nos collaborateurs ont été étiquetés sur base de ce qu’ils ne pouvaient pas faire. Nous, nous nous concentrons sur leurs potentiels aujourd’hui », indique Paul Vaernewyck de ‘t Roodhof. « La question qui nous préoccupe est de savoir comment leur donner la force qui leur permettra de devenir rapidement maîtres de leur destinée et de s’intégrer. Ces personnes nous motivent et nous sommes fiers de notre service hôtelier. »

Autobus à la demande

L’hôtel tente de limiter autant que possible son empreinte écologique. C’est ainsi qu’au niveau de la restauration, ‘t Roodhof opte pour des ingrédients frais, régionaux et souvent biologiques. L’hôtel est situé dans un environnement vert, avec un verger d’arbres fruitiers de la région et une prairie pour les moutons. Pour que ‘t Roodhof soit facilement accessible malgré sa situation rurale, un arrêt « Belbus » (autobus à réserver à l’avance) se trouve devant notre porte et notre propre service de navettes assure le transport des collaborateurs et des clients.

Progresser continuellement

Dès l’embauche, chaque collaborateur bénéficie de l’aide d’un accompagnateur qui le suit dans son travail. En collaboration avec les services d’aide spécialisés, ‘t Roodhof cherche également des solutions aux problèmes sociaux, d’organisation du travail, etc. En outre, chaque collaborateur dispose d’un coach qui, dès le départ, élabore un plan d’apprentissage et de formation afin de développer ses qualifications professionnelles, théoriques et pratiques. Grâce à une étroite collaboration avec le secteur hôtelier brugeois, ‘t Roodhof essaie d’offrir à ses collaborateurs des opportunités pour progresser continuellement et rejoindre d’autres employeurs.

La notion de circuit court et de production locale écologique peut également s’appliquer aux produits d’hygiène et d’entretien domestiques. C’est avec cette conviction que la Droguerie Sociale et Écologique a été créée en 2010 à Auderghem par des bénévoles de la Croix-Rouge. Ils y proposent à un public fragilisé des ateliers où l’on apprend à fabriquer, de manière écologique et économique, des produits d’entretien domestiques. Ils organisent également des formations pour permettre le développement de tels ateliers au sein des CPAS.

Un retour aux sources

En Belgique, un ménage moyen dépense environ 250 euros par an pour l’achat de produits de nettoyage, souvent toxiques et polluants. Une somme hors de portée des familles fragilisées et un coup de poing pour l’environnement. Pourtant, le vinaigre blanc, les cristaux de soude, le savon de Marseille et les huiles essentielles sont quelques-uns des produits basiques sains et peu onéreux à partir desquels on peut confectionner des produits d’entretien de qualité (lessive, liquide vaisselle, détartrant, etc.). Partant de ce constat, la Croix-Rouge d’Auderghem a eu l’idée de développer des ateliers où l’on peut  réaliser soi-même ses produits ménagers naturels. « Grâce à ces formations, les familles peuvent diviser par cinq leur budget ‘entretien’, en le ramenant à 50 euros par an », souligne Luc Swysen, en charge du projet.

Des ateliers qui s’auto-financent

Destinées au départ aux plus précarisés, ces formations se sont ouvertes à un public plus large en 2012, qui paie 20 euros l’atelier. « Cet argent permet d’accorder la gratuité des formations aux personnes précarisées de la commune d’Auderghem, ce qui permet  au projet de s’auto-financer, ajoute Luc Swysen. Ce mélange de publics encourage également les échanges interculturels, intergénérationnels et intersociaux qui sont notre fierté. » Pionnière, l’initiative de la Droguerie Sociale et Ecologique commence déjà à faire des petits dans les autres communes de la capitale. Fin 2013, elle a poursuivi son développement avec de nouveaux ateliers pour la confection de produits d’hygiène corporelle.

Les Grignoux se revendiquent depuis plus de trente ans comme une entreprise culturelle d’économie sociale. Elle gère aujourd’hui 3 cinémas d’art et d’essai qui totalisent 450.000 entrées annuelles, 3 galeries d’art, un café et une brasserie.

Sa raison d’être : proposer au public « une réplique à la diffusion de la culture dominante ». Elle présente des films engagés en lien avec des thématiques sociales, économiques ou environnementales destinés notamment aux écoles et aux milieux populaires. L’ensemble du personnel, au total une centaine de travailleurs, participe à l’autogestion de l’asbl.

“Notre originalité tient à la fois dans l’utilisation du cinéma comme outil d’ouverture, de sensibilisation et d’échanges culturels, mais aussi dans la forme de gestion participative qui permet d’impliquer l’ensemble des travailleurs dans le projet.” (Pierre Heldenbergh, co-administrateur des Grignoux).

« Nous croyons fermement à la force des gens. Nous essayons de repérer leurs capacités afin de les développer en offrant du conseil et des formations, jusqu’à ce qu’ils se sentent prêts à faire un pas concret dans le secteur du logement, de l’emploi ou encore de l’entreprenariat.» (Erwin De bruyn, Stebo).

L’histoire de Stebo remonte à l’époque des cités minières de Genk, lorsque de nombreuses personnes aux nationalités les plus diverses ont commencé à s’y installer. Toutes avaient leur propre identité culturelle du logement,. Le fabuleux patrimoine architectural risquait d’en pâtir . Stebo, à l’origine une petite asbl qui englobait et soutenait l’action de proximité à Genk, a alors proposé une idée innovante :, instaurer, en collaboration avec la Ville de Genk, des règles permettant aux habitants de rénover leur maison tout en faisant des économies d’énergie, et sans toucher à l’identité du quartier. Résultat : les personnes aux revenus les plus modestes pouvaient réaliser leur rêve tout en augmentant la valeur de leur maison ! Cette approche globale – combinant l’assistance sociale à des solutions économiques concrètes – a servi de modèle dans les autres domaines dans lesquels Stebo est s’est développé  : le logement, l’emploi, la formation, l’entreprenariat, l’énergie et la société.